TIMESBOLD : EYE EYE

  1. Bone Song
  2. Go Down
  3. Vengeance Day
  4. Wind to Rise
  5. Call to Arms
  6. All Blues
  7. Wings on a Girl
  8. Kudzu
  9. Sometimes the Water
  10. Riches and Grief
  11. Black Eyed Suzy
  12. It's a Sag (When You Lift the World)
    Bonus Track :
  13. knowwhere

Label : Zeal Records

Release Year : 2004

Length : 44:53

Review (Goddeau) : Er schuilen twee zielen in de borst van Jason "Whip" Merritt. Eerder dit jaar bracht hij solo het sobere Atheist Lovesongs To God uit, nu mag het voor even weer iets gevulder: Eye Eye - de nieuwe Timesbold - biedt overdadig georchestreerde americana en zélfs gejodel. Dat we dat nog mogen meemaken bij Goddeau. Nu er een echte opdeling is gemaakt tussen Whip-nummers en Timesbold-nummers, wordt op Eye Eye de schuif helemaal opengetrokken. In feite zijn dit de eerste songs die Merritt met de groep in gedachten heeft geschreven: de debuutplaat van de groep was een collectie solo-songs die door de band waren aangekleed, deze keer leverde hij niet meer dan wat schetsen waar de band mee aan de slag ging. Van bij opener "Bone Song" is die intentie duidelijk: het begint allemaal vrij sober met een eenvoudige banjo, maar al snel zwelt het geluid aan - tot een wolk violen er nog een toefje grandeur aan toevoegt. Het is de perfecte opener voor een plaat die de grenzen van de alt.country ver overschrijdt. De nummers hebben hun voeten nog wel in die vruchtbare potgrond van de americana; vaak strekken ze reikhalzend uit naar iets meer. Archetypische Timesbold - of beter nog: Whip - is "Go Down", dat met zijn begrafenissfeer het donkerste van Bonnie 'Prince' Billy oproept. "Vengeance Day" zet daar een bitter maar uptempo contrapunt tegenover met de smeekbede "who can show us how to never need to kill again?". "Wings On A Girl" gaat daar iets later hand in hand mee, maar is een stuk lichter in toon. Al is dat laatste bij Meritt een relatief begrip: met "lichter" bedoelen we "lichtgrijs in plaats van pikzwart". Zo concludeert het uitermate vrolijke (not!) "Wind To Rise": "Now I'm shoveling your bits into piles on the floor/where we've laid together before/and I haven't the wind to rise today." En luidt de bittere conclusie van "Call To Arms": "If fresh air were a thing that money could buy/the rich would live and the poor would rise and riot". De tweede helft van Eye Eye had zo'n net iets snellere song wel kunnen gebruiken. Wanneer na "Wings On a Girl" alleen nog maar nummers aan treurwilgtempo passeren, laten ook wij even het hoofd hangen. Het duurt tot de mandoline van "Black Eyed Suzy" voor er nog eens iets gebeurt. Daarna volgt met "It's A Sag" echter alwèèr zo'n rouwmars en de gedachte aan koord of scheermes is niet veraf. Bij wijze van tele-onthaal is er gelukkig nog de verborgen track "(knowwhere)", die iets meer onze aandacht weet vast te houden. "I don't know where I'm going/I have no idea where I am" klinkt het prachtig meerstemmig in dat laatste nummer. Niet dat wij een pasklaar antwoord hebben, maar als Merritt zich een beetje over die depressie van vorig jaar kan sleuren, dan zit er in hem een nòg betere derde Timesbold-plaat. En dàt zien wij als een serieuze belofte. Oh ja: die jodel hoor je ongeveer rond de 57ste seconde in "Sometimes The Water". Enjoy.

Review (8Weekly) : Daar staat hij, wuivend om hulp. Zijn beide handen zijn net afgeknipt, en al sabbelend op zijn bebloede wonden is hij een roepende in de woestijn zonder dat er een Flying Doctor in de buurt is. Het plaatje op de hoes van Eye Eye, de tweede cd van Timesbold, is ook te zien in de hoes van Lift Your Skinny Fists Like Antennas To Heaven, ofwel het meesterwerk van Godspeed You Black Emperor!. Willen de heren van Timesbold hierbij aangeven dat het de weg is ingeslagen die reeds geplaveid is door de geluidskunstenaars uit Canada? Timesbold is, voor degene die het nog niet weet, Americana uit Brooklyn. Dat klinkt niet echt logisch: als je Americana zegt, denk je immers aan uitgestrekte velden, lange zandwegen en de rust van het land. In de muziek van Timesbold komt de drukte van New York nergens naar voren, maar toch resideren deze muzikale cowboys in de hoofdstad van de wereld. Nergens hoor je de vermeende champagne uit de New Yorkse lucht terug in de muziek van Timesbold. Ook niet op hun tweede plaat. Nee, op Eye Eye zijn het weer de snik en de traan van Jason Merritt die de boventoon voeren. Eye Eye begint sterk, net zoals zijn titelloze voorganger. Opener Bone Song snoert meteen elke criticus de mond. Het nummer is zo adembenemend opgebouwd dat je niet kunt gaan mekkeren over originaliteit, vernieuwing of andere stokpaardjes van de muziekpers. Het is ook niet van toepassing op het werk van Timesbold. Want na de EP-tjes, de plaat Timesbold en het solowerk van Merritt weet de band nog steeds te overtuigen met een breed scala aan instrumenten en verrassende wendingen in de spannende composities, waarvan Bone Song een uitermate goed voorbeeld is. Maar er staan meer nummers op Eye Eye. Het voor Timesbold enigszins up-tempo-nummer Call to Arms, het nummer Wings on a Girl of het desolate All Blues zijn uitermate geschikt om van te genieten. Dit komt mede door de overtuigende manier van zingen. Whip, ofwel Jason Merritt, zuigt de tranen uit je ogen en laat je zijn hartzeer voelen. Toch is deze tweede van Timesbold ietwat toegankelijker dan zijn voorganger. Het album besteedt meer aandacht aan het probleem dat de luisteraar zijn aandacht kan verliezen. De muziek, teksten en de sfeer van het album zijn zo, dat elke luisterbeurt de moeite waard blijft. Timesbold maakt op Eye Eye opnieuw, met de eenvoudigste akkoordwisselingen, klassieke countryinstrumenten en dezelfde snik als de vorige van Timesbold, de mooiste americana, country harvest of bluegrass die je je maar kunt voorstellen en zaagt daarmee aan de poten van de troon van Will Oldham. De connectie met Godspeed kan alleen in schoonheid worden gevonden. Verder is het jammer dat het lente is en de zomer op de deur klopt, want daardoor is er nauwelijks ruimte voor triestigheid. Maar dat is dan ook het enige.