RAYMOND VAN HET GROENEWOUD : ETHISCH REVEIL

  1. Aalst (Stad Mijner Dromen)
  2. Zij Is Mijn Prinses
  3. Moeder
  4. Nonkel Frans
  5. Trek Het Je Niet Aan
  6. Jaloers
  7. Brussels By Night
  8. IJs
  9. Markies De Sade

Label : EMI

Release Date : 1979

Length : 32:12

Review (Humo) : Hervé waar staan de remmen want ik sla te pletter op de muur van epitheta die voor mijn oog opdoemt. ‘Etisch Reveil’ van Raymond van het Groenewoud en de Centimeters is namelijk een elpee die als een trein over je heengaat, en mee ga je, zo verdomd sterk en mooi is dit nagenoeg allemaal. Overdrijvelings? Luister zelf ! (Hier fluit ik verrassend vaardig track 1, kant a.) ‘Aalst’ is dat, een enòrm nummer, met prachtige cajunharmonika van Jean Blaute en een geweldig slaande piano, en de verende beat van Stoy Stoffelen en die sterke bas van Mich Verbelen en een van het Groenewoud die zo plat zingt als ie maar proleet kan zijn, en bovendien mooi weer voor de tijd van het jaar! Bovendien past zowat elke net gebezigde superlatief, gerecycleerd, op de rest van kant A: ‘Zij is mijn prinses’ (op muziek van Blaute) bijvoorbeeld, dat wéér zo’n perfekte, te gek goed geprodjoeste song is, met waanzinnig knap spelende Centimeters, en... Ja, ik weet het: teveel lof is als look in een brakke maag: hij stinkt. Maar er is dan ook nooit een lp van eigen kweek geweest die zó geklonken heeft, die zò uitblinkt door inventieve arrangementen, sterke nummers, magistrale muzikale techniek als deze ‘Ethisch Reveil’. Neem nu ‘Nonkel Frans’. Komaan, neem ‘Nonkel Frans’! Een felle, schelle mondharmonika, als een bolide boort die beat zich door de groeven, en alles is net zo het hoort : heelgoed. Of ‘Trek het je niet aan’ — meer een voortreffelijke lp-track dan een single, en precies waar ie moet staan: daar, vlak voor ‘Jaloers’, dat de A-kant afsluit, en dat Raymonds Lou Reed impersonation is — hij heeft het in zich, die stem; één druk op de imaginaire knop en daar siddert morbied Lou Reed naar buiten. Raymond speelt Reeds ‘We’re gonna have a real good time together’ live trouwens stukken beter dan Reed zelf: die laat het op de plaat verknoeien door teveel technische foefjes en bibbertjes en echo — en dat is nu ook net waar ‘Jaloers’ aan ten gronde gaat. Live een zeer goeie song; hier, wellicht door de overdaad aan technische mogelijkheden in de Londense Eden studio’s, verdronken in echo en overlappinkjes etcetera. Ook ‘Moeder’, even voordien, lijdt daar in het middenstuk aan: ook dat zwelgt in echo, tevéél —een gevoel van ‘er stond nu eenmaal kaviaar — dus we aten er’; en dat is jammer, want verder heeft ‘Moeder’ een paar erg leuke ideetjes, en een prima sfeer. Dat was kant-A ; en je duizelt, want zo’n enorme nieuwe stap vooruit na de toch voortreffelijke ‘Nooit meer drinken’ en ‘Kamiel in België’ had je niet verwacht. En met die goodwill spiets je de naald in kant-B, al had je daar toch al een kleine inwendige frons bij genoteerd toen je zag dat daar drie nummers van respektievelijk 4'25’, 4'56’ en 6'11’ op staan: zo lang, voor een rocker? Maar kant-B is heel nieuw — een heel andere van het Groenewoud, met heel andere muziek, heel andere konstrukties, een ander soort songs. Als een schilder die met zijn mes impressionistische strepen verf trekt op zijn doek, laat Raymond hier in ‘Brussels by night’ op een peinzend orgel en trillende bas en alle instrumenten ‘be-prodjoest’ in een Amanda Lear-sfeer, een stad bij avond oprijzen: gewaagd maar geslaagd, al is de tekst die hier naar voor springt, niet altijd even krachtig. Daarna volgt ‘Ys’, een lééuw van een nummer, ongelooflijk gezongen, gegild, door Raymond, op voortreffelijke drums die het frame bouwen waarin de ritmesektie een geweldige beat ontwikkelt —naar klapstuk ‘Markies De Sade’ toe. Een ambitieus projekt in zowat vijf bewegingen: via de introduktie in (A) met bevend orgel en gemijmerde zang naar (B), Angst er Schaamte, via (C) het in reggae verpakte titelthema: Ethisch Reveil, over (D) crescendo naar de kreet ‘Schijnheiligheid!’, met saxen waar je zondermeer gèk van wordt, en weer terug naar (E): beschouwend orgel, en terug naar A (f). En nergens heb je het gevoel dat hier de Vlaamse tak van Yes opereert, of bezoek uit de Kosmos: het is sterk, en waar het even wankelt blijft de aardse 1-kant onhoorbaar nabij als tegenwicht. ‘Ethisch Reveil’ – nou, de epitheta zijn op. Alleen nog vermelden dat het bijgevoegde singletje de trap ‘Wij zijn de centimeters’ bevat, plus een epoestoeflante uitvoering van ‘Middenstand blues’, een overschotje van de ‘Kamiel in België’-tapes. O weelde!