MAGENTA : SEVEN

  1. Gluttony
  2. Envy
  3. Lust
  4. Greed
  5. Anger
  6. Pride
  7. Sloth

Label : F2 Music

Release Date : 2004

Length : 76:29

Review (ProgWereld) : En zo is Magenta plotsklaps een naam om rekening mee te houden binnen de symfonische rock. Toch knap, want deze opmerkelijke positie had Rob Reed nooit gekregen met zijn vorige band, Cyan. Magenta, dat op hun debuut-cd "Revolutions" nog aangaf bewust zijn helden te kopiëren, doet die belijdenis niet eens meer op "Seven". Nee, Magenta toont op deze cd een geheel eigen smoel, diep geworteld in de symfonische rock van de jaren '70. Daarmee valt Magenta in dezelfde categorie als Glass Hammer, waarmee ze voor de rest hun christelijke overtuiging mee delen. Oh, en nu doen ze een conceptplaat over de zeven hoofdzonden: toorn, ijdelheid, wellust, luiheid, gulzigheid, gierigheid en afgunst. Zullen we eens kijken hoeveel daarvan overblijft binnen de muziek van Magenta? Gluttony (gulzigheid) is iets wat je bij Magenta wel zeker bemerkt. Maar dan het soort gulzigheid dat men graag deelt met de luisteraar. Voortbordurend op "Revolutions" worden we achtereenvolgens getrakteerd op hun bekende en tenenkrommende cha-cha-cha's, waarna de ene toetsenriedel na de andere over ons uitgestrooid wordt, even zo vaak afgewisseld met korte, Yes-achtige gitaarsolo's. Envy (afgunst) is ongemerkt zeker aanwezig bij Magenta, maar de schaamteloze vanzelfsprekendheid van Magenta's 'oude-wijn-in-nieuwe-zakken-symfo' stuurt alle concurrentie naar de reservebank. In Envy klinkt weliswaar totaal geen boosheid door, integendeel zelfs, het is een lief, wat traag opkomende melodie, met naar verhouding maar weinig tempowisselingen. Het laat vooral de compositorische kwaliteiten van Rob Reed horen, die we zo gewend waren bij Cyan. Tevens de imponerende zangkwaliteiten van Christina. Zij heeft misschien niet de beste zangstem binnen de prog, haar geluid en klank zijn van dien aard dat ik haast verliefd op haar word. Maar toch wil ik toch eigenlijk meer het stoute meisje horen, meer envy dus. Lust (wellust) lijkt wel totaal afwezig bij Magenta. Jammer, want iets meer seksualiteit en erotiek zou Magenta prima passen. Misschien zit hun overtuiging in de weg, misschien hebben ze een boodschap. Lust mag dan een allesbehalve wellustig liedje zijn, het is wel een van de beste composities van de plaat. Het 'confess'-gedeelte lokt al tot meezingen, maar haalt het niet bij het hoogtepunt 'Into your arms my sister Luna' aan het einde van het nummer. Dit nummer gaat live een klassieker worden, let maar op. Van Greed (gierigheid) kan Magenta zeker niet beticht worden. Het mooie basspel van Rob Reed ten spijt kan niet elke passage uit Greed mij bekoren. Het gebruik van het orkest tijdens het 'I think it's a camera'-gedeelte is indrukwekkend, maar de basismelodie komt mij wat te lief over. Ook het einde van het nummer, met de wat oosters aandoende invloeden, is leuk, maar van een hoogtepunt is geen sprake. Van Anger (toorn) merk ik evenmin iets op deze plaat. Evenwel is Anger een werkelijk schitterend nummer, waarin andermaal het orkest opvalt. Het is voor de rest een rustig nummer, vol sfeer, een prachtig zingende Christina. Het is een nummer dat me doet denken aan Cyan, daar ook deze groep lange symfonische composities afwisselde met de prachtigste popdeuntjes. Chris Fry verdient een pluim voor de eenvoudige, doch gevoelige gitaarsolo aan het einde. Pride (ijdelheid) is gelukkig erg aanwezig bij Magenta. Het nummer Pride begint met een thema om trots op te zijn, en het nummer zelf is weer een ware 'tour-de-force' van tempowisselingen, vrolijke en aanstekelijke zang van Christina en een aangenaam verloop van de mooiste thema's (die rond de acht minuten!) en melodieen. Opnieuw wat te lief misschien, en opnieuw zonder een echt hoogtepunt, maar mooi desalniettemin. De Yes-invloeden zijn talrijk, met name in de achtergrondzang van Rob Reed. Waar hij op het debuut soms zo nodig de leadzang moest vervullen, beperkt hij zich tot een plaatsje achteraan, wat hem veel beter staat. Wat dat betreft misschien niet zo ijdel, zo wel op de toetsen, waar hij trucje na trucje laat horen. Gejat, sommige thema's? Mwah. Maar ook: een sterk nummer en een even goede live-favoriet als Lust. Sloth (luiheid) is, dunkt me, zelfs totaal afwezig bij Magenta. Sloth mag misschien wat traag en lui overkomen, het is een dijk van een nummer, opnieuw zeer Cyan-achtig, met een melodie om een puntje aan te zuigen. Van zulke prachtige ballades, een talent van Rob Reed, wil ik er nog wel tien horen. Om van de gitaarsolo's van Fry nog maar te zwijgen. Met zeven mijlslaarzen stapt Magenta met deze plaat de eredivisie van de prog binnen en nestelt zich binnen de top. Niet iedereen zal gecharmeerd zijn van de nogal lieve, zwaar symfonische retrorock van Magenta, maar gebrek aan kwaliteit is er geenszins. In tegenstelling tot de laatste cd van Glass Hammer, kan Magenta van hieruit alle kanten op. Ik -voor mij- hoop dat Magenta het ook eens aandurft de lange symfonische stukken wat meer af te wisselen met de van Cyan bekende briljante popsongs. Iets meer "Pictures From The Other Side' graag dus.

Review (Sonic Cathedral) : Over the past year or so I've been getting more and more into progressive rock. There is a certain magic to the genre which I find really appealing to the ears. Unlike a lot of catchier genres, I find progressive rock albums stand up really well to repeated listenings. However, at first I couldn't find many progressive rock bands with really good female vocals besides the wonderful Renaissance. Then I discovered this welsh band, Magenta. The first album of theirs that I heard was a compilation of all their singles. I enjoyed it, but there were two tracks in particular that really caught my attention, "Pride" and "Sloth". I researched the band a bit more and found out those two tracks came from their album Seven. So, I decided to give Seven a chance. The music on Seven is very much like a mixture of Yes and Renaissance. I'd probably label the music as symphonic prog. Seven consists of seven tracks-each track dealing with one of the seven deadly sins. Every track on this album is over ten minutes except for one five minute track. I was hoping that there wasn't a case of "long track syndrome" (that is, making a long track for the sake of making a long track) on this album-and fortunately there wasn't! Every track on here is the appropriate length I think. One element that really adds to the overall sound on Seven is the fact that Magenta have used a real orchestra. It's really put to good use too (for instance on "Greed", but I'll get to that later). The guitars on this album are really superb. You can tell that the guitarists Chris Fry and Martin Rosser play with a lot of emotion. The solo during "Sloth" is one of the most emotional solo's I've heard. And then of course you have Christina Booth. Next to Annie Haslam, I would say Christina is one of my favorite vocalists in prog music. Her voice on this album is just wonderful to hear. As for the songs, well, they're almost all just fantastic. The only track that I don't really care for is "Anger", which is actually the five minute song. It's just a little to boring for me honestly. Every other track though is great. I don't really think I can pick a favorite track, though some of my favorite moments are the vocals in "Envy", the dramatic opening of "Lust", the strings in "Greed", the waltz-like ending of "Greed", the guitars in "Sloth", and the overall atmosphere in "Sloth". There's really nothing negative I have to say about any of the tracks minus "Anger". They're just all really well crafted and aurally pleasing. For those are looking for something innovative and different in prog should look elsewhere. The music here is nothing new, but it's played and constructed very well. Also, if you're into female vocalists at all or just into prog music, I would highly recommend this album.