|
JOE HENRY : INVISIBLE HOUR |
|
Label : Work Song Release Date : June 3, 2014 Length : 60:16 Review (AllMusic) : In his liner essay for the album Invisible Hour, Joe Henry writes, "As much as anything, perhaps these are all songs about marriage - marriage as a verb, not a noun." Henry's words certainly point to the core of the album's themes; Invisible Hour is a striking, emotionally powerful set of songs that deal with the nuts and bolts of love, for better and for worse, and this music speaks with an intimacy and poetic force that use the beauty of Henry's wordplay and vocals not as empty artifice, but as a tool that makes these tales cut even deeper than they might otherwise. While the songs on Invisible Hour are very much about love, the tone of this album is neither romantic or cynical, but honest, compassionate, and contemplative; these lyrics deal with the power and the fragility of the human heart, and for each song like "Sparrow," in which the love of another is a gift that sustains, there's another one like the epic-scale "Sign," a nine-minute picaresque in which a man searches the world for the feeling he briefly knew as a heartsick schoolboy. These songs are never simple, but they're not needlessly complicated, either, and Henry's vocals are strong and eloquent against the dynamic, carefully detailed acoustic backdrops of his studio band, which includes drummer Jay Bellerose, Greg Leisz on guitar and mandolin, and Levon Henry on reeds. Joe Henry has always had a knack for excellent wordplay and knows how to find great sounds and conjure great performances in the studio, but Invisible Hour is most impressive in how spare it is; there is almost nothing here that doesn't help set the mood or move the songs forward, and in this elegant approach, Henry finds something remarkable. Invisible Hour is a beautiful, haunting collection of songs that only Joe Henry could create, and whether you're familiar with his work of not, you're likely to find something that will impress you on this album. Review (Cobra) : De hoeders van de ether zijn er zich blijkbaar nog steeds niet van bewust, maar sinds zijn debuut in 1986 heeft Joe Henry een imposant oeuvre opgebouwd, waarin nauwelijks zwakke schakels te bespeuren vallen. Fijnproevers, die ook het werk van Tom Waits, Elvis Costello of Bob Dylan naar waarde weten te schatten, zullen het beamen: de man is een voortreffelijke songwriter wiens platen eigenlijk in geen enkele collectie mogen ontbreken. Bovendien heeft Henry ook als producer van onder anderen Solomon Burke, Mose Allison, Bonnie Raitt, Loudon Wainwright III, Billy Bragg en Allen Toussaint, de wereld talloze parels geschonken. Zonder zijn artistieke bijdragen zou het muzieklandschap er vandaag dus aanzienlijk schraler uitzien. Met zijn dertiende langspeler, keert Joe Henry nu, voor het eerst sinds lang, terug naar zijn akoestische roots. In die zin zou je 'Invisible Hour' als een ver neefje kunnen beschouwen van het inmiddels bijna 25 jaar oude 'Shuffletown'. Op de nieuwe plaat worden alle thematische en stilistische draden die door Henry's discografie lopen op een elegante manier samengebracht. De 53-jarige zanger floot in zijn kelderstudio in Pasadena enkele vrienden bij elkaar en had slechts vier dagen nodig om de elf songs, zoals vanouds een organische mix van folk, blues, jazz, rock en country, vast te leggen. Zoveel trefzekerheid vind je enkel bij de allergrootsten. 'Invisible Hour' is een even openhartige als kwetsbare plaat over de helende kracht en de duurzaamheid van de liefde. Zelf stelde de artiest, na de feiten, vast dat het om een ode aan de sacraliteit van het huwelijk gaat. Joe Henry heeft het in zijn songs niet over vluchtige verliefdheden: zijn personages hebben de stormen des levens getrotseerd en zijn er zo achter gekomen dat engagement, overgave en loyaliteit in relaties het beste antidotum vormen tegen de onvermijdelijke ravages van de tijd. Zelf is de zanger al 27 jaar getrouwd met Melanie Ciccone, een zus van Madonna, en zoals hij aangeeft in de hoesnotities beschouwt hij de liefde als een werkwoord, als een actieve manier van 'zijn', maar ook als een religie waar je af en toe aan mag twijfelen. Literaire songwriter Naar zijn diepgravende, poëtische teksten te oordelen, is Henry zowat de John Keats van zijn generatie. Hij formuleert helder en met veel gevoel voor detail, maar is beslist niet gespeend van humor, en bewijst op zijn nieuwe cd andermaal dat hij tot de meest literaire songwriters van zijn generatie behoort. 'Alice' is een hommage aan schrijfster Alice Munro. Voor het bijzonder geslaagde 'Sign', dat qua sfeer enigszins aan Dylans 'Blonde on Blonde' doet denken, kreeg Joe Henry dan weer assistentie van de Ierse romancier Collum McCann. En ook als zanger legt hij dit keer een ongekende overtuigingskracht aan de dag. In muzikaal opzicht ligt de nadruk op snaarinstrumenten, wat Greg Leisz de ruimte geeft uit te blinken op gitaar, mandoline, mandocello en dobro. Voorts zijn er prominente rollen weggelegd voor bassiste Jennifer Condos en, vooral, drummer-percussionist Jay Bellerose, die al langer het geheime wapen uit Joe Henry's band is en zich, onder meer in 'Every Sorrow', weer als een toonbeeld van inventiviteit manifesteert. In 'Lead Me On' krijgt de zanger vocale assistentie van Lisa Hannigan, terwijl het folk- en gospelduo The Milk Carton Kids zijn stem leent aan 'Plainspeak' en nog enkele andere nummers. Maar het meest sfeerbepalend zijn toch de clarinet- en saxofoonbijdragen van Henry's zoon Levon. Via overdubs wekt die de indruk dat er een klein blazersensemble bij de opnamen betrokken was. Opvallend is trouwens dat de arrangementen van junior weinig schatplichtig zijn aan traditionele jazz of r&b. Maar mocht Duke Ellington religieuze hymnes hebben gespeeld, dan zou hij wellicht hebben geklonken zoals de -vaak elegische- toeters op 'Invisible Hour'. De nieuwste van Joe Henry is een warme, toegankelijke maar vooral ontroerende plaat die zowel blijk geeft van levenswijsheid als inlevingsvermogen. Kortom: het zoveelste meesterwerk van een artiest die zijn ambacht tot in de puntjes beheerst. |