BOUDEWIJN DE GROOT : WINDVEREN

  1. Aarde
  2. Lente
  3. Wilde Ganzen
  4. De Dame Met het Hondje
  5. Raven Boven Wales
  6. Enge Mannen
  7. Sheherazade
  8. Piazza di Chirico
  9. Als Je Huilen Wilt
  10. Als Je Stil Bent
  11. Vals Licht
  12. Hoe Meer Ik Dichterbij Kom

Label : Universal

Release Date : November 4, 2022

Length : 48:15

Review (Written In Music) : Afscheid van het podium in 2016. Geluk bij een ongeluk, dat ultieme solo-optreden van hem in Roeselare nemen ze ons niet meer af. Groeiende onzekerheid, de zenuwen, slapeloosheid, faalangst, dan ineens heb je er geen zin meer in. Bleek z’n muzikale carrière evenwel toch nog verre van afgesloten, de man was ook helemaal niet verdwenen. Kwamen er zelfs vlug tóch weer optredens, met de vrienden van Vreemde Kostgangers. Maar toch, weifelend perfectionisme, angst voor het podium, onderhuids sluimerend… Tot corona hem resoluut te hulp schoot en het echt definitief stil werd op de scene. De wereld draaide wel door. Terwijl die van hem uiteenvalt, hij zijn goede vrienden, Henny, Simon, Jan, George, Rob…, als donkerbruin verwelkte bladeren van de herfstbomen een voor een ziet afvallen of door ellendige ziekten onverbiddelijk ziet wegkwijnen. En toch. Zo terwijl kijkt hij, levende Lage Landen-legende Boudewijn de Groot, met z’n spierwitte bij wind nog royaal opwaaiende haren, nog het allerliefst op naar zijn jongere zelf, houdt hij hard en bruisend aan het leven, aan zijn nieuwe projecten, steevast draaiend rond carrière en muziek. Nuchtere manier van fit en levendig ouder worden. Samen met Jaco van der Steen, gewezen bassist van de Dutch Eagles, rondt deze vrije 78-jarige met zijn blijvende knaldrang onlangs nog een kinderliedjesplaat af, Soms Als Ik Een Vlinder Zie. Werkt hij waardig aan het laatste, nog te verschijnen album Mist van Vreemde Kostgangers, waarvoor George en Henny zowat samen de muziek nog schreven en hij, naast Henny, de teksten leverde. Of is hij ook druk met dat eigen grootse Boudewijn-overzichtboek dat er in mei volgend jaar zijn moet. En laat hij zich dan toch weer vastpinnen op zenuwslopende deadlines: de liedjes schrijven voor een grote theatervoorstelling nog, volgend jaar. Komt daar uiteindelijk zo helemaal ertussenin dan ook, fier, het veertiende soloalbum Windveren, dat nu, door corona, in plaats van voorheen in de studio, veel meer solitair in huisarbeid moest opgroeien, met over en weer naar Nederland’s topproducer Gordon Groothedde te verzenden tracks en met talloze uitpuringen op afstand tot alles juist zat. Windveren, verschijnt voor wie het wil, bovendien met een boek waarin o.a. alles over de hele making-of te lezen staat. We krijgen op dit vlakaf geweldige Windveren een bonte, aangenaam vertrouwde reeks Boudewijnsongs. Twaalf stuks, wendbaar in een veelheid van genres, ballads, een countryrocksong, alles dooreen, alle met een eigen stemming en met vooral veel nostalgie in de noten en de tekst. Jawel, hij zingt het wat gruiziger en freler, maar, geef toe, zelfs met die falsetto van hem scoort hij nog prima. Die teksten zijn over een heel lange periode heen ontstaan. Indringend gaan ze over de teloorgang van milieu en klimaat, machtsmisbruik mundiaal, liefde, eenzame vrijheid, dood of hunkerend verlangen. Boudewijn is nu meer schrijver geworden, de spirituele teksten stromen nog zomaar uit zijn pen. De componist daarentegen, die vindt het soms wat moeilijker. Windveren is dus ook veel samenwerken: aan de muziek, met Christon Kloosterboer (Aarde), Jaco Van Der Steen (Enge Mannen, Als Je Huilen Wilt), George Kooymans (Hoe Meer Ik Dichter Kom), aan de lyrics, met Peter Colpaert (Lente), Bies van Eede (Piazza di Chirico) en zowaar ook Lennaert Nijgh (Als Je Stil Bent). In die sombere piano-opener Aarde, zijn eigenste Inconvenient Truth-klimaatsong, hem aangepraat door en samengemaakt met componist Christon Kloosterboer, komt de bard die ooit zijn carrière startte met Dylan-barricadenliederen als Welterusten Meneer de President, warempel weer met een prachtig regelrecht protestnummer op de proppen. En of het binnenkomt! Met een spiegelende epische boodschap waarmee hij de mensheid een geweten schopt, versterkt met orgel ook, gaandeweg met een onheilspellend weids Pink Floyd-gitaarsfeertje en gelukkig, vóór het finale piano-akkoord, toch één gelaten suggestie: “Laat haar met rust, laat haar gewoon wat door de ruimte zweven.” Opstandige Boudewijn steekt in Enge Mannen nogmaals grotesk de kop op, in het sprankelend up-temponummer over schadelijke mannen door de eeuwen heen. Humoristisch cabarettesk, in een vriendensfeertje en met een gedrevenheid à la Vreemde Kostgangers. En ja, het ‘Welterusten’-woord zit hier wel degelijk ook in de tekst. Lente dan is een vintage seventies soundtrack met retro-Boudewijn de Groot in volle tijdloze ingetogenheid. Weer een droeve mijmering over de kille grijze straat in Nederland, waar, in troosteloos beton, lentegroen of ontluikende bloemen niet meer hoeven. Ja, Moeder Natuur doorweeft Windveren. Volgt een fraaie, sobere pianosong over haar schoonheid, de liefde ook en de vrijheid van Wilde Ganzen. Volledig van de hand van Boudewijn ook is het schitterende emotionele verhaal van buitenleven en nogmaals die vrijheid en liefde, Raven Boven Wales. Meer dan zes heerlijke minuten in het folkbad van Welshe sferen. Het lichtvoetige up-tempo De Dame Met het Hondje is een alternatieve Annabel-song, vol sierlijke fluitkrullen. Sheherazade is mysterieus, gaat over de vrouw van duizend en één nacht, met achtergrondvocals van kleindochter Aysha ‘Meis’ de Groot, ook zangeres bij Eefje de Visser. Had net zo goed een prachtige Elly en Rikkert-song kunnen zijn. Aysha suggereerde modernere opsmuk van het nummer met introductie van een zachte beat in dubbel tempo onder de lyrics, opa luisterde en zag bewonderend dat het goed was. Zachte piano dan op liefdessong Piazza di Chirico, met lieflijk hese Boudewijn, laverend tussen romantisch Italiaans accordeon. De aard van de wind keert. Volgt Als Je Huilen Wilt, dat aangedreven rockend begeleid wordt door de superfans van The Kik, die in 2018 als naarstige monniken nog helemaal zijn albums Voor de Overlevenden en Picknick coverden en opnamen. Aardig beatlesgitaartje en fraai samenzang van die mannen. Net zoals ook elders op het album altijd met hints te over naar zijn omvangrijke songbook: Verdronken Vlinder bijvoorbeeld hier, of, wat verder, naar Wat Geweest Is, Is Geweest. Het verrassende Als Je Stil Bent, wellicht een allerlaatste teruggevonden sonnettenpareltje van overleden compagnon de route Lennaert Nijgh. Kort maar zalige postume reünie dus, voorzichtig gebracht in de sfeer van hun beginjaren, hemels eenvoudige akkoordenreeksen op enkel akoestische gitaar. De avondlijk jazzy keyboardsong Vals Licht, roept, door het raam starend, kleuren op van de weeromslag, verre beelden en tinten van de (stief)moederlijke liefde. Was dit het licht dat ik zal zien aan de andere kant van de heuvel? Zie ik haar dan weer?…Waar zij mij zal wiegen als die allereerste keer? Het leidt naadloos naar het magnifieke, even persoonlijke slotstuk Hoe Meer Ik Dichterbij Kom, met muziek van de zieke George Kooymans. Een onuitgegeven positieve, ontroerende tekst van de ‘oud en grijs’ geworden Boudewijn, de ‘ongelovige’, die voor de laatste maal in een aangrijpende, melancholieke ode zelf op reis gaat naar de vrome moeder die hij nu al 77 jaar mist. En dichterkomend -‘Kijk, mama, kijk!‘- almaar vaker fantaseert over mogelijke hereniging ooit, verlegen naar haar wenkend, daar in haar ‘hemelse paradijs’. Intiem pareltje! Boudewijn de Groot blijkt hier op Windveren nog maar eens een groot verhalenverteller. Zijn beeldende, directe poëzie is van zeldzaam grootse kwaliteit, net als bijvoorbeeld die van bijna leeftijdsgenoot Alex Roeka. Neen, die krimpende generatie laat zich dus nog steeds gelden en zit nog vol plannen en ideeën over songs die nog zullen komen. Solo-optreden met Windveren zit er niet meer in. Maar de eenzame zanger op de plaathoes, die kromgebogen tegen de wind in altijd beresterk zijn eigen gang gaat… die staat op dit Windveren zonder meer glanzend op eenzame hoogte. Blijf je eeuwige jeugd maar vieren, Boudewijn.

Review (Humo) : Je leest ze hier en je hoort ze daar, of je het nu wilt of niet. Ik heb het over die meninkjes van denkertjes die willen bijdragen aan de Canon van de Lage Landen. De ene suggereert een paterskaas, de andere een vergeten bundel rijmwoorden van een dooie dichter, terwijl een derde aandringt om vooral enkele legendarische danstenten uit de polders niet te vergeten, ongetwijfeld als voormalige tempels van volkscultuur en de bijbehorende snuiverij. Boudewijn de Groot is een naam die ik nooit zou vergeten wanneer zo’n bloemlezing voor de eeuwigheid aan de orde is. Zijn tweede lp, ‘Voor de overlevenden’ (uit 1966 alweer), blijft een mijlpaal in het landschap waar chanson, folk en rock mekaar in die magische tijdgeest zomaar konden ontmoeten. En het erg goede nieuws is dat de heer De Groot met zijn 14de studioplaat ‘Windveren’ (een term uit de bouwkunde) nog altijd op het hoogste niveau handelt van wat een kleinkunstenaar kan: verhalen vertellen die ons hart even goed verwarmen als een ouderwetse Leuvense stoof, de juiste woorden vinden die mits een perfecte zetting over iedereen gaan maar ook over onszelf. Ik kan geen half verkeerd woord zeggen over deze sober vervaardigde schijf met daarop ruim twee handvollen goeds. ‘Aarde’ (nu al een radiohit) is het topje van deze omgekeerde ijsberg die nog andere meesterlijke songs als ‘Lente’, ‘Raven boven Wales’, ‘Als je stil bent’ of ‘Hoe meer ik dichterbij kom’ verbergt. Boudewijn is back. Olie drijft boven. Fuck de canon.

Review (Dansende Beren) : Als je muzikale carrière bijna zestig jaar lang duurt en je over verschillende generaties gekend bent, dan wil dat toch wel wat zeggen. Boudewijn de Groot is dan ook geen vreemde meer in onze streken. Met maar liefst dertien soloalbums en twee albums met George Kooymans en Henny Vrienten onder de noemer Vreemde Kostgangers, kunnen we wel zeggen dat hij een goedgevulde discografie heeft. Geraakt die inspiratie na een tijdje dan op? Dat lijkt bij de Groot niet het geval te zijn, want zo had hij nog een en het ander te vertellen. De afgelopen jaren waren zeer moeilijke tijden voor de Nederlandse zanger. In 2020 overleed de artiest die de cover van Picknick uit 1968 ontwierp. Begin 2021 moest de Groot stoppen met optreden met zijn Vreemde Kostgangers-trio, want lid Kooymans kreeg de diagnose van ALS. Zijn ander groepslid, Henny Vrienten, overleed dit jaar aan de gevolgen van longkanker en rond diezelfde periode kwam ook Jan Rot te sterven, een artiest waarmee de Nederlander samen muziek heeft geschreven. Het lijkt alsof de wereld rondom hem langzaam uit elkaar aan het vallen is; een gevoel dat ook te horen is in het nieuwe Windveren. Dit dertiende soloalbum is een verhaal van liefde, melancholie en kritiek. Kritiek op een wereld waarin de Groot als laatste overblijft en uitkijkt naar het einde. Begin oktober bracht de man ons al het nummer “Aarde“, waarin hij klaagt over de mensheid en hoe wij onze planeet behandelen. Het is een protestlied, en zo staan er nog een paar op Windveren. Hij klaagt, maar doet het op verschillende manieren. In “Aarde” doet hij het op een boze en gefrustreerde wijze: hij zegt dat de mensen de gevolgen van hun keuzes zullen moeten ondergaan. Op “Lente”, dat ook het klimaatthema behandelt, doet de Nederlander dit op een zachtere manier, alsof hij de hoop al verloren is en zich een beetje machteloos voelt. Ook tijdens “Enge Mannen” geeft de Groot kritiek op onze maatschappij, alleen gaat het deze keer over, zoals de titel al doet vermoeden, enge mannen. De Nederlander uit niet alleen zijn ongenoegen over die enge mannen, die volgens hem ook veel macht hebben, maar over de mensheid in het algemeen. Een oplossing zoeken is echter ook te moeilijk, zo zegt hij zelf. De zanger lijkt de wanhoop nabij te zijn, en dat laat hij op dit album meerdere keren horen. Het lijkt alsof hij veel klaagt, maar hij doet dit op een manier die niet langdradig wordt, doordat hij er verschillende emoties in steekt. Boudewijn de Groot geeft ons daarbij ook het gevoel dat hij verslagen is en zich niet meer thuis voelt in deze wereld. Naast klagen over het heden maakt de Groot ook ruimte om te denken aan het mooie verleden. Zo horen we een vrolijkere versie van de zanger in “De Dame Met Het Hondje”, waarin hij een vrouw beschrijft die hij ooit zag op een boulevard. Qua sound klinkt deze redelijk verrassend op het album. Door middel van een gitaar, drums en een piano klinkt het zeer opgewekt en we vragen ons af waar de klagende, gefrustreerde Boudewijn naartoe is. We horen hem haast glimlachen tijdens het zingen, wat een unicum is op dit album. In het geheel van Windveren past het wel, beseffen we later. De vrouw is er nu niet meer, maar hij staat wel nog op de boulevard. Hij blijft achter, net zoals in zijn echte leven het geval is. Een herinnering die qua sound wel beter bij de rest past, is “Piazza Di Chirico”, waarin de Nederlander op een eerder breekbare manier zingt en de melancholie beter tot zijn recht komt door een accordeon. De afgelopen en redelijk bewogen jaren zullen waarschijnlijk wat teweeg hebben gebracht bij Boudewijn de Groot. Hij vraagt zich dan ook af wanneer hij zijn geliefden terug zal zien in “Raven Boven Wales”, dat bijna als een vertelling klinkt. De Nederlander vreest eenzaamheid, maar is ook bang dat hij nooit vrij of echt gelukkig zal zijn, zo is te horen in “Wilde Ganzen”. Zijn meest gebruikte instrumenten doorheen het hele album zijn een gitaar of een piano, allebei kunnen die zijn soberheid en breekbare gevoel het best overbrengen op de luisteraar. We krijg zowaar medelijden met hem, zeker bij de zin ‘Wie u zoekt zult u wel vinden / aan het einde van de weg.’ De rode draad van de eenzame overlevende zet zich hierbij weer verder. De betekenis achter Windveren zal ons waarschijnlijk niet al te gelukkig achterlaten, maar we moeten toegeven dat de Groot het zoals gewoonlijk op een prachtige manier brengt, waardoor we blijven luisteren. Hoewel Windveren een persoonlijk album is, gaan redelijk wat liedjes over iemand anders. Ofwel horen we oude herinneringen over anderen die de Groot ons beschrijft, ofwel praat hij over mensen waar hij naar zoekt, terwijl ze er niet meer zijn. In zijn geheel klinkt het album dan eigenlijk als een ode aan al diegenen die hij heeft moeten achterlaten. Dat niet enkel de afgelopen jaren, maar ook daarvoor. Denk nu niet dat de Groot rouwt, want dat is duidelijk niet de bedoeling hier. Het is eerder een tocht doorheen zowel goede als slechte herinneringen richting een mogelijke, zeer sombere, toekomst. Dat zijn herinneringen niet altijd positief zijn, horen we in “Als Je Stil Bent”, waarin de Nederlander zingt over iemand die tegen hem heeft gelogen. En ook deze keer heeft hij niet veel nodig om wat teweeg te brengen bij ons, want zo is een zacht gitaartje hier al genoeg. Het begint nu ook duidelijk te worden dat de zanger het heden niet meer ziet zitten, want zo was alles vroeger beter en aangezien hij daar niet meer naartoe kan, kijkt hij bijna uit naar wat er komen zal: het einde. Eindigen doet hij met veel emotie. De frustraties, de woede en het denken aan vroeger is er allemaal uit. Het enige dat nog overblijft is zijn toekomstzicht, dat hij toch wel pessimistisch, maar wederom heel mooi en breekbaar beschrijft. “Vals Licht” is een lied vol metaforen waarin de Groot verdrietig lijkt te dromen over het einde van zijn leven. ‘Was dit het licht dat ik zal zien aan de andere kant van de heuvel? / Zie ik haar dan weer?’, zingt hij en we krijgen een krop in de keel. Die ‘haar’ verwijst hier naar zijn overleden moeder en hij lijkt zijn muziek op te dragen aan haar. Hoewel het subtiel is, geeft de Groot in dit nummer zelf aan dat hij alleen achterblijft en dus die angst van eerder toegeeft: eenzaamheid. Ook “Hoe Meer Ik Dichterbij Kom” is een ode aan zijn moeder en waarschijnlijk het meest emotionele nummer op dit hele album. Boudewijn de Groot zegt dat hij oud en grijs is, en zijn moeder nadert. Windveren zit vol met breekbare pareltjes, maar telkens weet de zanger zichzelf recht te houden. Behalve bij deze. Dat we dan hier zijn stem horen breken en deze vervaagt, zegt genoeg. Hij is op en eindigt het album met verdriet. Windveren is een zeer persoonlijk album en waarschijnlijk ook een van de meest breekbare van Boudewijn de Groot. Het is niet enkel een verzameling van nummers, maar vooral een verhaal bestaande uit verschillende herinneringen. Melancholie vormt de rode draad doorheen de plaat en de Groot lijkt zich klaar te maken voor zijn einde, waarin hij misschien herenigd zal zijn met al diegenen die hij verloren heeft. Het is een emotionele ode aan zij die er niet meer zijn en tegelijk ook een protest tegen de maatschappij waarin hij overblijft. Boudewijn de Groot is een muzikaal genie van de Lage Landen, waardoor wij hopen dat hij toch nog even bij ons zal blijven.

Review (Lust For Life) : Er zijn er maar weinigen zoals Boudewijn de Groot. Windveren, zijn veertiende studioalbum onder eigen naam, laat horen hoe hij ook na bijna zestig jaar in het vak nog altijd op eenzame hoogte staat als componist, muzikant en tekstschrijver. Zijn nog altijd krachtige stem klinkt op Windveren in muzikaal uiteenlopende songs. Opener Aarde schetst de toekomst van de mensheid als we niet snel anders omgaan met de natuur, terwijl De Groot zich in Enge Mannen beklaagt over machtsmisbruik overal ter wereld. Mét een snufje geniepige humor in de tekst: ‘Enge vrouwen zijn enge mannen in een rok’. Windveren bevat, waarschijnlijk voor de laatste maal, een tekst van de hand van Lennaert Nijgh. Het opzwepende Als Je Huilen Wilt nam De Groot op met de Rotterdamse beatband The Kik, en op het ondoorgrondelijke Sheherazade is kleindochter Aysha de Groot (als muzikant actief onder de naam Meis) te horen. De fysieke release van Windveren verschijnt met een boek met interviews door muziekjournalist en LFL-collega Robert Haagsma, waarin De Groot de achtergronden achter de nummers schetst. Ook vertellen o.a. George Kooymans en Dave von Raven (The Kik) over hun bijdragen aan de plaat en benoemen radio-iconen Frits Spits en Bert Kranenbarg het belang van Boudewijn de Groot voor de Nederlandse popmuziek – ook anno 2022.